Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [30]hij zag [31]een wagen, een paar ruiters, [32]een wagen [met] ezels, een wagen [met] kemels; en [33]hij merkte zeer nauw op, met grote opmerking. 30. Te weten de wachter, dien ik gesteld had, en hij zag, dat is, hij riep of boodschapte wat hij zag. 31. Anders: wagenen, twee rijen, of benden, ruiters, enz. 32. Dat is, een wagen van ezels [of muilen] en een wagen van kemelen getrokken. Hier wordt beschreven de aankomst van de heirtocht van Cyrus, als hij zou marcheren om Babylon te gaan belegeren. Want door de wagens moet men hier verstaan heirwagens. 33. Hebreeuws, Hij merkte er op met merking, met veelheid, of grootheid der opmerking.